Gerealiseerde doelstellingen
In de begroting 2020 zijn de doelstellingen en bijbehorende actiepunten opgenomen. Uit onderstaand overzicht kunnen wij concluderen dat het grootste deel (ruim 87%) hiervan in 2019 is afgewerkt of volgens planning loopt.
Een aantal actiepunten is rood of blauw (13%), dus niet volgens planning loopt of nog niet gestart. Per subthema worden deze actiepunten verderop in de jaarrekening nader toegelicht.
Doelstellingen | Aantal | Groen | Lichtgr. | Rood | Blauw |
Onze inwoners | 18 | 11 | 7 | 0 | 0 |
Onze economie | 27 | 4 | 20 | 3 | 0 |
Onze toekomst | 40 | 11 | 25 | 2 | 2 |
Onze leefomgeving | 57 | 16 | 30 | 6 | 5 |
Totaal | 142 | 42 | 82 | 11 | 7 |
Percentage | 29,58% | 57,75% | 7,75% | 4,93% |
afgewerkt | volgens planning | niet volgens planning | nog niet gestart |
Het gerealiseerd resultaat
Hieronder zijn de lasten en baten per thema, algemene dekkingsmiddelen, overhead en overige baten en lasten weergegeven
Hieruit blijkt dat:
- het saldo van baten en lasten afgerond € 58.901 positief bedraagt. Dit is het resultaat van de vier thema’s, algemene dekkingsmiddelen, overhead en overige baten en lasten.
- het gerealiseerd resultaat afgerond € 576.762 bedraagt. Dit is het uiteindelijke resultaat dat is ontstaan na verwerking van de mutaties in de reserves.
Omschrijving | Jaarrekening 2019 | ||
Lasten | Baten | Saldo | |
Thema 1, onze inwoners | 37.202.183 | 8.392.860 | -28.809.323 |
Thema 2, onze ecoomie | 754.687 | 1.722.187 | 967.500 |
Thema 3, onze toekomst | 3.379.234 | 252.806 | -3.126.427 |
Thema 4, onze leefomgeving | 19.507.595 | 9.073.153 | -10.434.442 |
Totaal thema's | 60.843.699 | 19.441.007 | -41.402.693 |
Treasury | 551.771 | 825.228 | 273.457 |
OZB woningen | 71.034 | 4.633.768 | 4.562.734 |
OZB niet-woningen | - | 1.326.588 | 1.326.588 |
Belastingen overig | 248.523 | - | -248.523 |
Uitkeringen gemeentefonds | 14.421 | 43.334.657 | 43.320.236 |
Totaal algemene dekkingsmiddelen | 885.749 | 50.120.242 | 49.234.493 |
Overhead | 7.902.480 | 124.436 | -7.778.044 |
Vennootschapsbelasting | -93.749 | - | 93.749 |
Overige baten en lasten | 3.302 | -85.303 | -88.604 |
Totaal | 7.812.033 | 39.134 | -7.772.899 |
Saldo van baten en lasten | 69.541.482 | 69.600.382 | 58.901 |
Mutaties reserves | 5.273.129 | 5.790.990 | 517.861 |
Gerealiseerd resultaat | 74.814.610 | 75.391.372 | 576.762 |
Resultaat op hoofdlijnen
Om u snel een indruk te geven van het rekeningresultaat noemen wij hieronder de grotere afwijkingen ten opzichte van de raming in de BERAP 2019-II. Wij zeggen met nadruk de grotere afwijkingen, omdat het saldo van deze verschillen geen verklaring geeft van het rekeningresultaat van afgerond € 577.000.
Er zijn grotere positieve afwijkingen dan negatieve en met deze toelichting krijgt u dan ook geen volledige toelichting op het rekeningresultaat. In het onderdeel ‘jaarrekening’ is in de ‘toelichting op het overzicht van baten en lasten’, op het niveau van taakveld, een toelichting gegeven op alle verschillen groter dan € 25.000. Deze toelichtingen samen, geven de verklaring voor het rekeningresultaat van € 577.000.
WMO
Nadeel € 134.000
Op de Wmo Begeleiding is een groot nadeel ontstaan. We zien op vrijwel alle verschillende voorzieningen een toename in kosten. Dat geldt ook voor de PGB's. Dit komt onder andere door minder doorstroming naar Beschermd Wonen, de algehele vergrijzing en doordat oudere inwoners langer thuis blijven wonen. Als we meer oudere inwoners hebben die langer thuis wonen, doen ze een groter beroep op langdurige inzet van Wmo Begeleiding.
Er waren ook voordelen, zoals op het collectieve deel van de vervoervoorzieningen, de rolstoelvoorzieningen en de Wet Tegemoetkoming Chronisch zieken en Gehandicapten (WTCG). Ook zijn er meer eigen bijdragen ontvangen van het CAK. Dit komt doordat er in de betalingen van het CAK een vertraging zit en we eigen bijdragen uit 2017 en 2018 hebben ontvangen. In 2017 en 2018 waren de eigen bijdragen hoger, omdat het abonnementstarief nog niet van toepassing was.
Jeugdhulp
Voordeel € 190.000
Ten opzichte van 2018 zien we dat de kosten met € 190.000 zijn afgenomen.
De kosten van een aantal bouwstenen bij de lagere interventieniveaus vallen lager uit. Dat geldt ook voor de PGB kosten. Ook hebben we minder kosten gemaakt voor jeugddetentie ten opzichte van vorig jaar, omdat we dit jaar geen cliënten in het Poortje hadden.
Er zijn wel accentverschillen. Zo namen in 2019 de kosten van de verwijzingen uit Gecertificeerde instellingen toe. Dat geldt ook voor de kosten van gezinshuizen. Ook hebben we in 2019 kosten voor de externe projectleiding van de inkoop 2020 uit het jeugdbudget betaald. Verder zijn de kosten van Veilig Thuis Drenthe ten opzichte van 2018 toegenomen.
Over het boekjaar 2019 vindt geen verrekening op interventieniveau 8 (ondersteuning buitenshuis gedurende 24 uur per dag) op basis van solidariteit (het samen dragen van de kosten door de Drentse gemeenten) meer plaats, omdat deze met ingang van 2019 is afgeschaft. In 2017 en 2018 viel de solidariteit voor Borger-Odoorn positief uit. Met ingang van 2019 zijn we zelf volledig aansprakelijk voor de kosten op interventieniveau 8. Gelet op de stijgingen van de kosten uit Gecertificeerde instellingen en de gezinshuizen (beide kosten op interventieniveau 8) is dit een risico voor de komende jaren.
Algemene uitkering
Voordeel € 416.000
Het voordeel is ontstaan door de onderuitputting uit het Gemeentefonds die was geraamd, maar die op basis van de decembercirculaire 2019 naar verwachting over 2019 niet van toepassing is. Ook is er een voordeel ontstaan door verrekeningen met voorgaande jaren en de ontvangen middelen voor de klimaatmiddelen transitievisie warmte.
Kapitaallasten (rente en afschrijving)
Voordeel € 219.000
Er is een voordeel op de kapitaallasten van afgerond € 421.000. Het voordeel op de afschrijving komt doordat niet alle voorgenomen investeringen in het jaar worden gerealiseerd. Hierdoor vallen er afschrijvingslasten vrij (onderuitputting). Het voordeel moet echter in relatie worden gezien met het deel van de kapitaallasten wat uit de reserves wordt gedekt en de toevoeging aan de voorziening riolering. Op deze onderdelen is een nadeel ontstaan van € 202.000, zodat per saldo het voordeel op de kapitaallasten € 219.000 bedraagt.